In de regio van Bastogne, tijdens de Slag om de Ardennen
uitzicht op de boerderij Jules Koeune vanaf de kapel Sainte Barbe
De zoon van Jules Koeune (Jean), mijn vader, links op de foto, begon met de hulp van een vriend al snel met de wederopbouw in 1945.
De resten van goede bakstenen liggen opgestapeld aan weerszijden van de voordeur.
Het dak is klaar. De twee schoorstenen zullen later worden opgetrokken en zich een weg kronkelen tussen de dikke balken van de dakconstructie van sparrenhout. Het erf is al opnieuw bevolkt.
Duitse tank ontmanteld voor de gîte
Sherman (Amerikaanse tank) ontmanteld voor de gîte
De Sainte-Barbe-kapel in januari 1945.
De klok in het koor van de kapel van Sainte Barbe
Gebouwd door mijn grootvader Jules Koeune in 1902, in de omtrek van Bastogne, was het het doelwit van het Duitse leger in december 1944. De kelders dienden als toevluchtsoord voor een veertigtal burgers tot 20 december 1944, toen een granaat afgevuurd door een Duitse Panzer het raam aan de noordkant doorkruiste en de dikke binnenmuur vernielde. Gelukkig raakte niemand ernstig gewond, een wonder. Een van de twee metalen staven van de ventilator getuigt nog van deze verschrikkelijke inslag.
De zoon van Jules Koeune (Jean), mijn vader, heeft enorm bijgedragen aan de wederopbouw.
Opruimen en goed sorteren waren nodig voor het hergebruik van goede stenen.
Het dak was een van de prioriteiten om het interieur van het huis snel te herstellen.
Het boerenerf was essentieel voor het voeden van het gezin.